Kolon thota oftewel poort tot de rivier de Kelani

Vandaag wordt Colombo verkend. Gids Marcus staat stipt op tijd klaar met het busje waarin we vervoerd worden. Best wel relaxed zo’n busje die ons als een waar VIP gezelschap door de stad vervoerd. Marcus verbaast ons met zijn geschiedkundige en geografische kennis, hij weet serieus veel over Sri Lanka en in het bijzonder over Colombo. Colombo heeft een natuurlijke haven die al meer dan 2.000 jaar bekend was bij de Romeinse, Arabische en Chinese handelaren. Arabische moslims vestigen zich in Colombo in de 8e eeuw na Christus vanwege de handel. Vooral omdat de haven hen in staat stelde om controle te krijgen op de handel tussen de Singalese koninkrijken en de buitenwereld.

De naam Colombo werd voor het eerst geïntroduceerd door de Portugezen in 1505. De naam komt waarschijnlijk van de klassieke Singalese naam Kolon thota, De betekenis is waarschijnlijk “poort tot de rivier de Kelani”.

Vandaag de dag is de invloed van de Portugezen, Hollanders en Britten duidelijk zichtbaar in de architectuur, naamgeving, kleding, voedsel, taal en cultuur van Colombo. De stad en haar mensen tonen een interessante mix van de Europese levensstijlen en lokale gebruiken.

We beginnen met het verkennen van Colombo 1, er zijn 16 wijken die allemaal genummerd zijn. Colombo 1 ook wel Colombo Fort genoemd ligt in het noord westen van de stad. De eerste stop die we maken is een ongeplande, want we zien Galle face green liggen en willen dat even van dichtbij bekijken. De uitgestrekte velden met daarachter een kilometer lange promenade hebben de belangstelling gewekt van de Wormholetraveler.

Deze plaats is erg populair bij de locals want in het weekend zijn er allerlei kraampjes en is het er een drukte van belang. Ondanks de waarschuwingen niet het water in te gaan vanwege giftige beesten (wat dat ook mogen zijn …) worden er vooral slakken op laagwater gezocht.

Gelukkig is ook hier het strand bewaakt en kunnen de ongehoorzame zwemmers met een gerust hart zwemmen.

Daarna gaat het door richting de wijk Fort waar het busje geparkeerd wordt, vanaf zal er voort bewogen worden via de benenwagen. Op zich prima want je ziet veel meer onderweg, zoals ratten, bomen, leuke kroegjes en kunst.

We lopen als allereerste naar het old dutch hospitaal waar we de nederlandse bouwstijl bewonderen die je ook in de Caraïben kan tegenkomen. Grote open ramen en een binnenplaats zorgden ervoor dat de temperatuur gereguleerd kon worden.

Daarna lopen we naar de vuurtoren waarbij ook weer van alles onderweg te zien is. Wat vooral opvalt dat veel gebouwen gerenoveerd worden en dat oud en modern naast elkaar bestaan.

Terwijl de zee ver weg is doordat er steeds meer haventerrein gewonnen wordt werd besloten de engelse vuurtoren te laten staan ondanks dat het geen functie meer heeft, de aanwezigheid van een klok redt deze toren. Een prachtig bouwwerk in de wijk Fort.

Aangezien het gebied een high security zone is (de woning van de premier is hier gevestigd) en er dus veel politie en militairen aanwezig zijn, mag er op sommige plekken niet gefotografeerd worden. De Traveler weet dan al dat dat juist als een rode lap op een stier werkt bij Marina; zij zal dan de persoon of object juist wel proberen te fotograferen….

Het hoofdkwartier van de Sri Lankese Marine …….

Politie in hun dienst- TukTuk….

En last but not least de vuurtoren met bewaking en kanonnen…

En wat de Traveler al zei, je komt zoveel meer tegen tijdens een wandeling…..

Uiteindelijk komen weer terug bij hospital lane, waar we Marcus smeken om een pitsstop in te lassen, want met een luchtvochtigheid van 95% en een temperatuur van 28 graden, begint zelfs de tong van de Traveler aan zijn huig te kleven.

Marcus is uit het juiste hout gesneden en drijft ons een hok in waar het gezelschap kan plaats nemen om een lekker bakje thee of koffie te nuttigen; alleen de locals en bouwvakkers frequenteren dit tentje waar de smaakpolitie nog een hele kluif aan zou hebben om alle hygiene overtredingen te noteren. Desalniettemin laat het gezelschap zich de koffie en thee goed smaken. De fans van de traveler willen graag met hem op de foto en de rekening maakt het helemaal af: 80 euro cent totaal mag best goedkoop gevonden worden.

Na het verlaten van de Teashop krijgen we instructie van Markus over speciale producten die op straat te verkrijgen zijn; Bulath Vita, in palmblad gerolde palmspruiten met magnesium wat voor de reiniging van het gebit zorgt; het gebit wordt rood en na spoeling heb je een frisse mond.

Oude postzegels en munten die voor een appel en een ei te verkrijgen zijn.

Vanuit Fort wandelen we richting de Pettah, Colombo’s chaotische, kleurrijke en fotogenieke handelswijk.

Deze wijk heeft vele Tamil en Moslim invloeden en dat is duidelijk te zien aan de moskeeën die er prachtig uitzien en de mensen die er rondlopen.

Pettah street is een soort kalverstraat maar dan in Colombo, het is er uber druk en je kan er alles kopen, van electronica tot ondergoed. De handelaren prijzen hun koopwaar luidkeels aan en passen per minuut de prijzen naar keuze aan.

Moeizaam komt het gezelschap vooruit en uiteindelijk weet de traveler zich bevrijdt en bereikt het treinstation van Colombo wat door de Engelsen ooit gebouwd is.

Hiervandaan vertrekken alle treinen richting het Noorden en het Zuiden. En ook hier wordt alle informatie in drie talen weergegeven; Tamil, Singalees en Engels. Het is een drukte van jewelste en de Traveler besluit door te gaan richting bus. Na een wandeltocht van 7 km komt het gezelschap aan bij de bus en vertrekt richting de oudste kerk van Colombo, de Wolvendaal kerk.

Deze bouw van deze protestants nederlandse kerk werd in 1757 voltooid. De kerk werd Wolvendaal genoemd omdat deze op de Wolfendahl hill gebouwd werd. Deze werd zo genoemd omdat er veel vossen in de omgeving waren die door de Nederlanders voor wolven werden aangezien. Hierna brengt Marcus ons naar de indepence memorial hall waar ieder jaar op 4 februari de onafhankelijkheid wordt gevierd. Het is een prachtig monument waar Marcus een hoop informatie over weet te vertellen.

Na nog even in de Cinamon gardens rondgestruind te hebben en daar een heerlijk menu (fried rice met ei) verorberd te hebben, wordt de terugreis richting hotel aanvaard.

En route maken we nog een paar foto’s van een Boeda en het nationaal tentoonstellingsgebouw wat door China geschonken is.

Uitgeput komen we bij het hotel, onze eerste excursie dag is een feit. Gelukkig hebben we een Sri Lankese avond in het hotel met locale gerechten en met zang & dans. Ons verblijf in Colombo wordt in stijl afgesloten. Morgen op weg naar Wilpatu National Park met hopelijk een close encounter met een lippenbeer…

q

3 thoughts on “Kolon thota oftewel poort tot de rivier de Kelani

  1. Geweldig, heb weer een hoop geleerd😉
    Echt heel leuk om jullie reisverslag te lezen 😘
    Geniet en groetjes aan iedereen 😘

  2. Heerlijk gedetailleerd ! Zelf heb ik Colombo niet echt bezocht, dus ontzettend leuk om dit verslag te lezen!
    We genieten met jullie mee!

Leave a Reply