Dinsdag 17 juli arriveren wij vroeg in de ochtend op het vliegveld van Nairobi. Een geheel andere wereld. Het is of we in de film van Kuifje in Timboektoe zijn beland. De meest mooie figuren komen we tegen en het is jammer dat we te slaperig zijn om foto’s te nemen. Gelukkig is het geluk ook hier weer met ons en weten we een plekje in de lounge te veroveren. Zodoende zijn we redelijk uitgerust als we een aantal uur later naar Mahe op de Seychellen afreizen. De aankomst is net zoals op Hawaii, een open aankomst hal en een temperatuur die weldadig aanvoelt.
Even wordt het nog spannend want we krijgen een uitgebreide biodiversity controle; op deze eilanden, net als in New Zealand, is het ten strengste verboden iets van planten of dieren binnen te brengen…..Nou met een tas van zebrahuid en een tas van springbokhuid en een slagtand van een warthog zou er toch wel discussie kunnen ontstaan……. Daarnaast is er de horde van de gele koorts. Als je van Kenya komt moet je kunnen bewijzen dat je tegen gele koorts ingeënt ben. Laat Marina nou dat bewijs kwijt zijn ! Gelukkig weten we de dienstdoende ambtenaar ervan te overtuigen dat we niet in Kenya zijn geweest en dat we alleen maar een paar uurtjes op Nairobi airport verbleven hebben. Na al deze hordes staan we uiteindelijk in de aankomst hal waar onze transfer chauffeur ons opvangt en ons naar zijn grote taxi brengt. Het tempo van bewegen gaat onmiddellijk omlaag; bij een temperatuur van 28 graden en luchtvochtigheid van 80 % wil je geen inspanning meer verrichten…….. Na een rit waar de gemiddelde snelheid niet harder dan 40 km per uur was komen we aan bij ons appartement waar we vijf dagen zullen verblijven. Het appartement is in een woord schitterend en is van alle gemakken voorzien; wasmachine, droger, breedbeeld TV, twee badkamers, twee prachtige slaapkamers, een giga keuken en een groot balkon met lounge set. Daarnaast hebben we de beschikking over een zwembad en is het mooiste strand van Mahe op 5 minuten afstand.
Kortom het grote relaxen is begonnen. Het eiland Mahe lijkt eigenlijk op het Hawaiiaanse eiland Kaui ( voor de Hawaii kenners onder ons), groen, vol met bloemen en een zeer vochtig klimaat.
Na snel kwartier gemaakt te hebben besluiten we naar het strand te gaan. De naam is Beau Vallon beach, en als je daar staat begrijp je dat de naam in het Nederlands vertaald mooie vallei betekent. We koesteren ons in het warme zonnetje en drijven rond in het lauwwarme water van de Indische oceaan.
Toen de schemering inviel gingen we weer appartementwaards om ons klaar te maken voor het diner wat we in Restaurant La Plage zouden hebben. In het donker (het is om zeven uur donker) liepen we naar het restaurant waar we gereserveerd hadden, best wel spannend want je ziet geen hand voor ogen en je hoort van alles. Kokosnoten die vallen, allerlei geluiden van beesten en auto’s die voorbij zoeven. Het restaurant was top, we hebben er geweldig gegeten en moe maar voldaan zijn we uiteindelijk in bed beland.
