Over Solitair, oesters, shotjes en ankers

Vandaag verlaten we de Sossusvlei en verkassen naar Walvis baai waar we een nachtje zullen verblijven. We nemen afscheid van de vriendelijke staf en lachen ons gek als er een Helmeted Guineafowl door onze tuin komt racen. Deze beesten weten zich razendsnel te verplaatsen en deze is kampioen hardlopen. De woestijntank is vol getankt en we kunnen er tegenaan. Het wordt weer een weg met hindernissen; dirt roads en twee bergpassen moeten we nemen alvorens we Walvis Baai bereiken.

De weg is ronduit martelend; de nieren van de WHT zwerven door zijn hele lichaam zo trilt en schut de woestijntank. Venijnige dwarse stroken veroorzaakt door het vele verkeer op de dirt road laten de woestijntank dansen en limiteert de snelheid tot 60 km per uur. Gelukkig zijn er ook stroken met asfalt en kunnen we redelijk opschieten en houdt de flora en fauna ons lekker bezig.

Na ongeveer 100 km trillen maken we onze eerste stop en komen we in Solitaire aan.

Solitaire is bekend geworden als Ton van der Lee, een bekend filmproducent, vertrekt naar Afrika en in Solitaire belandt, een miniscule verzameling huizen in de Namibische woestijn. Hier zet hij zijn kamp op, jaagt hij op springbokken om te kunnen eten, en maakt hij urenlange tochten door de woestijn. Hier voelt hij zich eindelijk thuis. Met Solitaire als thuisbasis reist hij naar de Kalahari woestijn, de heilige heuvels van de Bushmen en de Okavango Delta, en gaat hij op zoek naar het mysterieuze Himba volk. Dan verschijnt er in de Lonely Planet een lovend artikel over het primitieve restaurantje dat van der Lee in Solitaire begonnen is. De toeristen stromen toe. De ondergang van zijn paradijs is onvermijdelijk. Inderdaad is Solitaire net een film set, kortom zeer fotogeniek.

We eten er apfelstrudel met slagroom, gelukkig heeft pensionado de tegenwoordigheid van geest om direct in de dan nog korte rij voor de kassa te gaan staan want als er dan twee andere reisgezelschappen arriveren staan er vijftig man te tandakken in het kleine bakkerijtje.

We gaan weer door op de trilplaat die weg heet. Gelukkig zijn er af en toe wegvakken die door een soort sneeuwschuivers gladgestreken worden maar dat is een doekje voor het bloeden.

De geologie van Namibie is spectaculair en we stoppen zo nu en dan om foto’s te maken. Natuurlijk stoppen we ook bij de Steenbokskeerkring aanduiding waarbij onze aanwezige steenbok (=pensionado) prominent in beeld moet.

Uiteindelijk arriveren we best wel doorschudt in de omgeving van Walvisbaai. Walvisbaai is een stad in Namibië en de naam van de baai waaraan het ligt. Het is de tweede grootste stad van Namibië en de grootste kuststad van het land. De baai is een veilige haven voor zeeschepen vanwege de natuurlijke diepwaterhaven, beschermd door de Pelican Point- zandtong, de enige natuurlijke haven van enige omvang langs de kust van het land. Omdat ze rijk zijn aan plankton en zeeleven , trokken deze wateren ook grote aantallen zuidkapers aan, waardoor walvisvaarders en vissersvaartuigen werden aangetrokken.

Een opeenvolging van kolonisten ontwikkelde deze strategische havennederzetting. De stad ligt net ten noorden van de Steenbokskeerkring in de Kuiseb-rivierdelta en ligt aan het einde van de TransNamib-spoorweg naar Windhoek en aan de B2 snelweg.

Het lijkt wel of we via de Maasvlakte naar de Europoort rijden en omdat we een verkeerde afslag nemen rijden we vlak langs het township van Walvisbaai, iedere keer is de WHT onder de indruk van de armoedige staat van de hutjes en de ellende die er heerst. Walvisbaai is jaren Zuid Afrikaans grondgebied geweest, pas in 1994 droeg Zuid-Afrika op formeel de soevereiniteit van Walvisbaai en de Penguin-eilanden over aan Namibië. Dankzij het Zuid-Afrikaanse bestuur werd Walvisbaai ontwikkeld als een gescheiden stad. In de buitenwijk Kuisebmond woonden zwarte mensen, Narraville werd bewoond door kleurlingen en blanken woonden in het stadscentrum. Na de opname van de stad bij Namibië hebben veel mensen zich in hutten eromheen gevestigd.

Na de juiste weg genomen te hebben komen we aan bij onze lodge, de Oyster box alwaar het aanwezige personeel schrikt van de binnenkomst van gasten. Ook het computersysteem is zich rot geschrokken en is net als het personeel kompleet letargisch. Ondanks dat het hotel een bezettingsgraad van 2% heeft zijn er geen andere kamers beschikbaar dan de twee in sporthuis centrum stijl uitgevoerde versies; klein, steriel en met uitzicht op de binnenplaats in plaats van het gewenste uitzicht op de baai met flamingo’s.

Aangezien we van plan waren de volgende dag te gaan kanoën maar de uitbater van de kanotochten niet reageert en Ploffer een golfbaan op schootsafstand heeft getraceerd besluiten we daar heen te gaan om als alternatief morgen te gaan golfen. We arriveren bij de Walvis Bay Golfclub en we worden ontvangen als de verloren kinderen.

Op onze vraag of we kunnen golfen morgen krijgen we uitgelegd dat er groot onderhoud aan de baan is en dat de greens her en der under repair zijn en er alternatieve holes zijn geplaatst. Aangezien wij graag willen spelen en het voor de golfclub geen probleem is wordt onder het genot van bier en wijn onze golfochtend in elkaar gesleuteld. De golfshop gaat extra vroeg open (op zondag !!) om 08:15 en er wordt een buggy van een van de leden, Bennie genaamd, geregeld. En ook niet onbelangrijk de Greenfee was voor ons vieren 20 euro, daar kan onze Golfclub nog een puntje aan zuigen. De stemming in het clubhuis is inmiddels tot grote hoogte gestegen en Moeder Jachthaven, na een aantal witte wijntjes, besluit de bel te luiden tot grote schrik van de WHT.

De toegestroomde leden laten zich niet onbetuigd en bestellen allemaal dubbele drankjes en natuurlijk moet het reisgezelschap op de foto met de mensen aan de bar.

De WHT denkt erover om de boot te verkopen zodat hij de drankrekening kan betalen, maar dat blijkt niet nodig want de totale rekening is 25 euro hetgeen bij onze golfclub in Nederland precies genoeg zou zijn voor drie drankjes. Als opnieuw shotjes op tafel komen vraagt Pensionado aan het bar personeel wat het beleid van de politie is met rijden onder invloed, is het antwoord zero tollerance met de toevoeging dat wij nog naar huis mogen rijden.

De WHT vindt dat hij de Nederlandse regels best kan toepassen 2 biertjes is binnen de wet en geeft aan dat het vertrek aanstaande is. MJ die inmiddels goede maatjes is geworden met de leden weet het voor elkaar te krijgen dat bij het bekende restaurant Anchors een tafel voor vier gereserveerd wordt. De eigenaar van Anchors wordt zowat van zijn bed gelicht om dit te laten gebeuren. O ja en de leden excuseren zich duizend maal voor het feit dat de braai ( inpandig !) reeds in de ochtend geweest was en zij ons dus dat niet meer konden voorschotelen.

Enigszins tipsy keert het reisgezelschap terug in de Oyster box om zich te verfrissen en zich klaar te maken voor een mooi restaurant avondje.

Het restaurant overtreft de verwachtingen, heerlijke vlees- en visgerechten en de wijn is er ook prima. Dit keer is het reisgezelschap gaan lopen want met nog meer wijn uit de fles zou het gezelschap in overtreding zijn en dat willen we natuurlijk niet.

Het was me het dagje wel morgen golfen daarna vertrekken we naar Swakopmund waar we twee nachtjes zullen verblijven.

Leave a Reply